Paragrafen

Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Tot de algemene risico's behoren risico's als macro-economische ontwikkelingen en rente-, loon- en prijsontwikkelingen. Daarnaast zijn er onzekerheden over (toekomstig) rijksbeleid en ontwikkelingen in wet- en regelgeving die risico's met zich mee kunnen brengen. Door deze onzekerheden is het op dit moment nog niet goed mogelijk de financiële gevolgen van deze risico's te kwantificeren. Hier hebben alle gemeenten in ons land mee te maken.

Gemeentefonds (Algemene dekkingsmiddelen)            
Voor de algemene uitkering uit het gemeentefonds, de belangrijkste inkomstenbron van de gemeente, geldt de zgn. “trap op/trap af systematiek”. Dat wil zeggen dat de hoogte van de uitkering fluctueert gekoppeld aan het niveau van de rijksuitgaven. Op lange termijn kunnen uitgaven bijgesteld worden indien de inkomsten uit het gemeentefonds (naar verwachting) afnemen. Echter een afname kan ook gedurende het begrotingsjaar aan de orde zijn of zelfs met terugwerkende kracht door een afrekening van een eerder jaar. Op het moment dat zich zo’n negatieve bijstelling voordoet en er geen mogelijkheid meer is om de uitgaven in de begroting aan te passen, zal de tegenvaller die daardoor ontstaat ten laste komen van het resultaat en moet er een beroep worden gedaan op het weerstandsvermogen. Ook indien sprake is van een hoogconjunctuur, bestaat de kans op het risico van een neerwaartse bijstelling van de algemene uitkering. Bijvoorbeeld omdat de begrotingsbedragen van de ministeries niet volledig tot besteding komen. Dit resulteert dan gedurende het jaar of zelfs achteraf ook in een korting op het gemeentefonds. Doordat de uitkering op dit moment bevroren is voor 2020 en 2021 is dit risico op dit moment echter nihil. Hoe een volgend kabinet hiermee om wil gaan, is nog even in afwachting van een nieuw regeerakkoord of afspraken die een nieuw kabinet gaat maken met de VNG.
Een extra dimensie die op dit moment speelt is de beoogde herziening van de verdeling van het gemeentefonds met de beoogde ingangsdatum van 2023 (met waarschijnlijk een ingroeimodel van 4 jaar). De onderliggende adviesrapporten over de verdeling van het klassieke en sociaal domein zijn, na een eerste reactie van de Raad van het Openbaar Bestuur en op verzoek van de tweede kamer, nader onderbouwd en in juni 2021 opnieuw aangeboden aan de Raad voor het Openbaar Bestuur die een advies uitbrengt aan het kabinet. Hierbij zijn ook de nieuwe voorlopige herverdeeleffecten per gemeente bekend geworden. Heusden zou er (uiteindelijk; rekening moet worden gehouden met een ingroeimodel van 4 jaar) € 46 per inwoner op vooruitgaan ofwel € 2 mln. Na consultatie bij het ROB volgt ook een advies van de VNG en moet de kamer met een herverdeling instemmen. Het is dus nog afwachten of de uitkomsten van de onderzoeken volledig worden overgenomen.

Decentralisaties (programma Sociaal domein)  
Kort voor de zomervakantie is gestart met het actualiseren van de risico inschattingen voor het sociaal domein. Er is in beeld gebracht waar de belangrijkste ontwikkelingen zitten die van invloed zijn op de eerdere risico-inventarisatie. Denk daarbij aan de ontwikkelingen rondom Heuse Jeugdhulp, inkoop in regionaal verband en diverse wetswijzigingen. Maar sinds de vorige inventarisatie zijn er ook ontwikkelingen geweest in de manier waarop wordt samengewerkt in de regio en de beschikbaarheid van (sturings)informatie. Na de zomer gaan we verder met het concretiseren van de ontwikkelingen en het kwantificeren van de risico's. Er is dan ook aandacht voor risicomanagement: het bepalen van de strategie en eventuele maatregelen die genomen kunnen of moeten worden. Voor zover het nu al in beeld is zou de reserve Sociaal domein nog toereikend zijn waardoor er geen risico is opgenomen in de doorrekeningen voor de algemene reserve.

Deze pagina is gebouwd op 09/23/2021 08:14:32 met de export van 09/23/2021 08:01:41